Vlissingen Dronk

Grand Hotel des Bains

 

Grand Hotel des Bains

Boulevard Evertsen 44
Vlissingen

 

De Vlissingse burgemeester Arie Smit, president-commissaris van 'De Schelde' en aandeelhouder van de Maatschappij tot Exploitatie van Gronden, wil een groot badhotel laten bouwen à la 'Kurhaus' in Scheveningen. Door de verbeteringen van de spoorwegverbindingen na 1872 en de aansluitende diensten van de Stoomvaart Maatschappij Zeeland op Engeland is ook het toerisme op gang gekomen. De gemeente Vlissingen legt vervolgens de Badhuisweg aan en laat 30.000 m2 duin weggraven. In oktober 1885 wordt de bouw aanbesteed voor het bedrag van fl. 116.200,- aan W. Lock uit Steenbergen. Op 18 oktober wordt de eerste paal geslagen, acht maanden later, in juni 1886, vindt de opening plaats.

Geschiedenis

1886
Maatschappij tot Exploitatie van Gronden en N.J. Jergen

Op 26 juni 1886 wordt Hotel des Bains geopend. N.J. Jergen uit Antwerpen is de eerste exploitant, hij heeft een overeenkomst voor 15 jaar gesloten met de Maatschappij tot Exploitatie van Gronden. Jergen dient in 1889 zijn ontslag in, hij gaat een nieuw hotel-restaurant bouwen op de hoek van de Koningsweg en De Ruyterstraat, het in 1890 geopende Albion.

1891
Maatschappij tot Exploitatie van Gronden en J.G. Meijer

J.G. Meijer, pachter van de buffetten van de Kon. Maatschappij Zeeland wordt in 1891 de nieuwe exploitant.

1905
J.G. Meijer

In augustus 1905 wordt Hotel des Bains met daarbij behorend terrein en de complete inventaris door de Maatschappij tot Exploitatie van Gronden openbaar te koop aangeboden. Voor het bedrag van fl. 31.000,- wordt exploitant J.G. Meijer de nieuwe eigenaar. Meijer gaat uitbreiden, de keukens worden ondergebracht in een nieuw gedeelte aan de achterzijde. Het buffet wordt verplaatst van de kurzaal naar de vrijgekomen keukenruimte. Ook laat hij appartementen bouwen voor eigen bewoning, de daardoor vrijkomende kamers krijgen een hotelbestemming.

1911
N.V. Zeebad Vlissingen en J.G. Meijer

In 1911 komt het hotel in handen van de N.V. Zeebad Vlissingen. Directeur van de N.V. Zeebad is op dat moment J.G. Meijer. Na het overlijden van Meijer in 1918 volgt J.E. Bindels hem op.

1918
N.V. Zeebad Vlissingen en J.E. Bindels

Bindels is directeur-gérant tot 1923. Dan gaat de N.V. Zeebad failliet en worden de bedrijven van de N.V. afzonderlijk verkocht.

1924
Stoomvaart Maatschappij Zeeland

Na het faillissement van N.V. Zeebad wordt Hotel des Bains in oktober 1923 verkocht. De Stoomvaart Maatschappij Zeeland wordt m.i.v. 1 februari 1924 nieuwe eigenaar. De naam verandert in Grand Hotel Britannia. Tot directeur wordt B.J.H. van Dijk Soerewijn benoemd, tot die datum gérant van Noordzeeboulevard.

Foto's

Meer afbeeldingen zijn te vinden op Grand Hotel des Bains/foto's

Verhalen

Grand Hotel des Bains

Laten we beginnen met in de eerste plaats de naam van wijlen Arie Smit te noemen, die de eerste stoot heeft gegeven om van de industriestad Vlissingen ook een badplaats te maken. Hij toch heeft door zijn relaties indertijd kans gezien mensen te vinden die genegen waren medewerking te verlenen opdat er werkelijk een badplaats zou komen, welke niet alleen in Vlissingen of op Walcheren bekend zou zijn, doch ook van buiten ons eiland, provincie, die zelfs buiten Nederland bekendheid zou verwerven. Gesteund door wijlen P.J. Siegers, de toenmalige volijverige voorzitter van de Maatschappij tot Exploitatie van Gronden alhier, werden de plannen gesmeed voor het verkrijgen van een groot badhotel te Vlissingen.
Met de heer Alex Browne de Tiege, directeur te Antwerpen, werden de plannen besproken; deze laatste was het die de leiding in handen nam.

In het jaar 1884 was men zover gevorderd dat de overeenkomsten werden gesloten, waarin o.m. werd bepaald dat het toekomstige badhotel op 1 juni 1885 zou moeten worden geopend. Het is niet bekend wat de oorzaak is geweest dat het hotel niet op 1 juni 1885 maar op 26 juni 1886 is geopend, doch wel weten wij dat de bouw daarvan niet de oorzaak is geweest, aangezien op 14 oktober 1885 pas de aanbesteding te Antwerpen plaats had. Laagste inschrijver was de heer W. Lock te Steenbergen voor fl. 116.200,-; 18 oktober d.a.v. was reeds met de bouw van het hotel aangevangen, terwijl 13 november d.a.v. de fundering werd gelegd. Op 7 maart 1886 werden de kapbinten geplaatst en werden de Nederlandse en Belgische driekleuren gehesen.

Dat de gemeente er trots op was dat dit hotel te Vlissingen werd gebouwd moge blijken uit het feit dat op 26 juni 1886 last was gegeven dat van de toren en alle openbare gebouwen gevlagd moest worden.
Het hotel stond er nu betrekkelijk nog geheel in de duinen. Er moest nu echter meer gebeuren, want alleen met dit hotel zou Vlissingen nog geen badplaats worden die voldoende bekendheid zou kunnen verwerven. Er moest en promenade of boulevard komen met zomerhuizen enz.

Het was in die tijd een zuiver seizoensbedrijf. Na vertrek van de badgasten gingen de luiken dicht, tot een volgend seizoen. Zo ging de exploitatie door tot omstreeks 1904, 1905.
In de winter van 1904/1905 besloot de Maatschappij tot Exploitatie van Gronden haar zaken te liquideren, waaronder ook het hotel. Het was in die tijd dat de mare de ronde deed dat het Grand Hotel des Bains zou worden gesloopt aangezien er geen koper voor dit hotel was te vinden. Gelukkig is het niet zover gekomen. De heer J.G. Meiier, het latere lid van de bij velen nog bekende firma Meijer Reuser & Co., kocht het hotel en ging het ook weer als zodanig exploiteren. Omstreeks 1906/1907 werden aan de zuidelijke vleugel enige woonkamers voor de heer Meijer bijgebouwd, alsmede de keuken vergroot. In 1911 werd onder directie van J.G. Meijer opgericht de N.V. Zeebad Vlissingen, in welke N.V. o.a. ook het Grand Hotel des Bains werd ondergebracht.

In 1918 kwam wederom verandering in de exploitatie. Vanaf dat jaar was het de Credietbank voor Nederland die het hotel ging exploiteren. Dit heeft slechts geduurd tot 1923, toen het hotel in openbare veiling werd gekocht door de Stoomvaart Maatschappij Zeeland.
Vanaf die tijd mogen we rustig spreken van een goede exploitatie in het belang van het vreemdelingenverkeer alhier. Deze maatschappij heeft moeite noch geld ontzien om het verblijf voor de gasten in het hotel zo aangenaam mogelijk te maken. Allereerst werd een begin gemaakt met het bouwen van een uitbouw in het middengedeelte van het gebouw, waar de gasten een aardig zitje werd geboden om zowel op zee als op de Boulevard te zien.
Spoedig bleek dat er op verschillende tijdstippen ruimte tekort was om de vele gasten te herbergen, zodat besloten werd de dakverdieping in te richten met logeerkamers. Dit alles was nog blijkbaar niet goed genoeg, want kort nadien werd overgegaan tot het uitbreiden van de eetzaal, gelegen aan de rechterzijde van het gebouw, terwijl ook de concertzaal en het toneel de nodige verbouwingen ondergingen, terwijl voorts besloten werd tot verbouwing van een zaal tot bar. Dat de aanwezigheid van deze bar door de gasten op prijs wordt gesteld is menigmaal gebleken.
De gemeente mag zich gelukkig achten dat de exploitatie in handen is gekomen van de S.M.Z., mede in verband met het feit dat in de laatste jaren Vlissingen een congresstad is geworden.
De directeur van Grand Hotel Britannia, de heer B.J.H. van Dijk Soerewijn, is er in geslaagd in Britannia een bijzonder prettige sfeer te scheppen. Ook ’s winters houdt het hotel de deuren open, niet alleen voor gasten, doch ook voor het Vlissingse verenigingsleven.

Uit: Vlissingse Courant 18 juni 1936

Electrische schel

Door de directie van den stoomtram is ten gerieve van de passagiers die zich van het badhuis naar de stad of naar Middelburg wenschen te begeven, in het 'Grand Hotel des Bains' een electrische schel aangebracht, die hun het vertrek van den tram bij tijds zal aankondigen.

Bijzonderheden

  • Architect van Hotel des Bains is J.J. (Johan Jacobus) Notenboom. Hij heeft meerdere Vlissingse gebouwen op zijn naam staan, o.a. de Belgische Loodsensociëteit op Boulevard de Ruyter, Hotel Albion aan de Koningsweg en Universel op de Nieuwendijk.
  • De bouw van Hotel des Bains heeft slechts 8 maanden geduurd, bijzonder snel gezien de bewerkelijkheid van het gebouw. Het hotel heeft 56 kamers, 4 kleine salons, een concertzaal, een eetzaal, restaurant, een grote hall en een overdekte galerij met muziektent. Ook de latere uitbreidingen, zoals de verdieping in 1924 en de serres die in de jaren dertig zijn bijgebouwd, komen uit de pen van architect Notenboom.
  • N.V. Zeebad Vlissingen, opgericht in 1911 onder directie van J.G. Meijer (v/h Fa. Meijer Reuser & Co.). De N.V. heeft o.a. Noordzeeboulevard, Wilhelmina Badpaviljoen, Grand Hotel des Bains, Strandhotel en Hotel Zeeland onder zijn beheer.

N.J. Jergen

Nicolas Joseph Jergen, oorspronkelijk uit Antwerpen, getrouwd met Elisabeth Büchner (overleden 16-7-1899).

  • 1886: sluit een overeenkomst met de 'Maatschappij tot exploitatie van gronden' voor exploitatie van 'het nieuwe badhotel' Grand Hotel des Bains voor de duur van 15 jaar
  • 1890: laat een nieuw hotel bouwen aan de Koningsweg en stopt de exploitatie van het Grand Hotel des Bains.
  • 1900: hertrouwt na het overlijden van zijn echtgenote met B.P.E. Bender
  • 1901: Albion wordt openbaar verkocht, Jergen vertrekt naar Familiehotel 'Rustoord' te Eefde

J.G. Meijer

  • Jan Gerard Meijer, gehuwd met Johanna Margaretha van Schaick (overleden 6-5-1913).
  • Fa. J.G. Meijer & Co. wordt per 1-1-1893 Vennootschap Fa. Meijer Reuser & Co. met Otto August Meijer en Anthonius Bernardus Reuser. Als zodanig exploitant van de 'Buffetten der Stoomvaart Maatschappij Zeeland' en de 'Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen' en eigenaar van 'Hotel Zeeland'. De vennootschap wordt ontbonden 1 december 1906.
  • Overleden op 6 december 1918

Gastenlijst

Op de gastenlijst in december 1886 staan de namen: De heer en mevrouw Van Oosterijk-Bruijn uit Utrecht; Jonkheer Roël, lid Eerste Kamer uit Den Haag; De heer en mevrouw J.W. Mai, consul-generaal uit Londen; Mevrouw J. Weber en Mademoiselle Lina Weber uit Aken.

Zie ook

Externe links

Bronnen